Programma Hoogfrequent Spoor

inno-V had de procesleiding voor het beleidsprogramma Programma Hoogfrequent Spoor (PHS), waarin de kabinetsambities op het spoor worden uitgewerkt in 4 speerpunten:

• Hoogfrequent spoorvervoer op de drukste lijnen van de randstad
• Samenhangende OV-systemen, waarin het spoorvervoer de ruggengraat vormt
• Aandacht voor kwaliteit van de reistijd naar de landsdelen
• Toekomstvaste routestrategie voor goederenvervoer

In 4 planstudies werden deze ambities onderzocht en in een investeringsprogramma van maximaal € 4.5 miljard uitgewerkt. Daarmee is het niet alleen een omvangrijk programma, maar het moest ook nog snel gebeuren om over het investeringsprogramma te kunnen besluiten. Zowel inhoudelijk als procesmatig een uitdagend project!

We hebben veel geleerd van deze omgeving, zowel in het vasthouden aan een heldere redenatielijn als om flexibel te kunnen omgaan met veranderde meningen en politieke accenten. Voor een dergelijk project is het goed dat je een ervaren en op elkaar ingespeeld team hebt met niet alleen leuke en inhoudelijk betrokken mensen, maar ook doordat het team uitwisselbaar is en elkaar scherp houdt op de inhoud en de argumentatie. Vergaderen was daardoor niet altijd even gemakkelijk, want we hebben allemaal een mening.

Benutten en bouwen begon langzamerhand een zichtbare en concrete plek te krijgen in de eigen oplossingsrichtigen van de sector. Naast de betrokkenheid bij dit project mocht inno-V voor de sector en het ministerie een studiereis organiseren naar Japan, een ‘Mekka’ voor benutting en logistieke maatregelen om zoveel mogelijk capaciteit uit het spoor te halen.

In beleidstermen gezien is er in korte tijd veel bereikt en eigenlijk was er meer OV-ambitie dan in Nota Mobiliteit mogelijk werd geacht. Het project levert ook een belangrijke impuls aan veranderd denken in de spoorsector. Van een ‘ja maar’ cultuur naar een ‘wat als’ benadering, waarbij dogma’s bespreekbaar zijn geworden. Uiteindelijk wordt de reiziger daar beter van!

‘Jullie staan open voor nieuwe inzichten. Vooral ook durven nadenken over de zwakke kanten van het OV en dat scherpt bedrijven en overheden de goede prioriteiten te zien.’ – Jolle van der Harst, Ministerie van V&W